Als je dit leest, dan heb je vast al eens gehoord van mindfulness. De term duikt de laatste jaren overal op. In de vorm van workshops voor bedrijven, spirituele cursussen of zelfs mindfulness voor kinderen. Ik heb best wat mensen in de spreekkamer gehad die het maar zweverig leek. Daarom lijkt het me zinnig om wat meer uit te leggen over mindfulness. Dit is overigens geen uitputtende lijst van wat mindfulness wel en niet is. Het is gericht op de uitleg van mindfulness als behandelmethode en niet zozeer mindfulness als levensstijl of spiritueel principe.

Mindfulness verwijst simpelweg naar de vaardigheid van ‘zonder oordeel opmerkzaam zijn van je ervaring’: dus bewust zijn van je omgeving (bijvoorbeeld geluiden of geuren) of juist van je binnenwereld (gedachtes en gevoelens). Deze definitie is een vrije vertaling van de definitie die de American Psychological Association heeft gemaakt. Deze is ook in lijn met de definitie van de bedenker van mindfulness; John Kabatt-Zinn. Hij deed veel aan meditatie en verdiepte zich in de Boeddhistische principes. Vanuit deze achtergrond ontwikkelde hij in de jaren ’70 een mindfulness training. Deze training was opgezet voor ziekenhuispatienten met chronische pijnklachten.  Op deze manier is ‘de mindfulness’ ontstaan die nu zo bekend is geworden.

Begin 2000 ontstond er een psychologische behandelmethode gebaseerd op de mindfulness principes. Mindfulness principes werden geïntegreerd met principes vanuit de cognitieve gedragstherapie. Dit was vooral gericht op ernstige somberheid. Er wordt nu onderzoek gedaan of en hoe mindfulness werkt voor andere psychische klachten. Er zijn wel aanwijzingen dat het goed zou kunnen werken voor mensen met angst en paniekklachten, voor overmatig piekeren en verslavingen.

Hoe ‘doe’ je mindfulness?
In het alledaagse leven hebben we een constante stroom van gedachtes. Veelal is dat onbewust. De momenten dat je opmerkzaam (mindful) bent, gaan meestal als vanzelf weer over in de grote onbewuste gedachtestroom van de dag. Om een voorbeeld te geven: je loopt buiten, ziet iemand fietsen, ruikt het gemaaide gras, voelt de wind langs je heen gaan en voelt de warmte van de zon op je gezicht. Allemaal momenten van opmerkzaamheid. Vervolgens zit je een paar seconden later alweer bij de planning van vanmiddag. Zo snel kun je ook weer uit die bewuste aandacht raken.

Opmerkzaamheid verdwijnt, zoals je in het voorbeeld ziet, vaak weer vóór je het door hebt. De uitdaging is dan om op te merken dat je afdwaalt. Wanneer je opmerkt dat je afdwaalt, kun je je aandacht weer terugbrengen. Probeer dat zonder een oordeel te vellen over het afdwalen.  

Het tweede belangrijke ‘ding’ van mindfulness is namelijk acceptatie van de gedachtes, gevoelens of zintuiglijke informatie die je opmerkt. Zonder oordeel de zinnen laten passeren. Kijken naar wat dat bijzondere en gekke brein allemaal produceert. Bijvoorbeeld oordelen over jezelf. Je laat het voor wat het is en probeert alleen te observeren. Je bent een toeschouwer van je eigen ervaringen.

Wat heb je eraan?
Als je dit vaker doet, dan kun je je bewust worden van datgene waar jij de spotlights op richt in je leven: datgene waar jij (misschien ongemerkt) veel aandacht aan geeft in je leven. Of misschien is er wel iets in jou dat heel erg om jouw aandacht vraagt. Je kunt bijvoorbeeld merken dat je vervalt in bepaalde terugkerende gedachtes of – van een hele andere orde – dat je benen heel vermoeid zijn. En als je dat kan opmerken, dan kun je daar wat mee.

Een andere toepassing van mindfulness is het bewust richten van aandacht op iets waar je graag meer van wilt. Bijvoorbeeld als je graag meer dankbaar wilt leren zijn, kun je bewust je aandacht gaan richten op al het goede wat er al in je leven is. Door het op te schrijven of elke ochtend op te noemen bijvoorbeeld.

Samenvattend draait mindfulness om het wat meer grip krijgen op je aandachtsorgaan. Zo krijg je meer bewustzijn op waar je je mee bezig houdt. En automatisch ook meer keuzevrijheid. Je kunt beter gaan kiezen waar je je mee bezig wilt houden. Dat kan zijn meer aandacht richten op wat je om je heen ziet wanneer je wandelt. Of je telefoon wegleggen als je gaat eten, zodat je er meer van kan ervaren. Of meer aandacht hebben voor je lichaam. Zodat je je vermoeidheid of pijnlijke schouders eerder opmerkt en ergere klachten in de kiem kan smoren.

Oefeningen
Probeer het maar eens wanneer je buiten loopt. Richt je aandacht bewust op wat je ziet onder je, naast je, voor je en merk op wat je voelt op je gezicht. Warmte, koude, misschien de wind? Wat ruik je? Natuur, uitlaatgassen, het parfum van iemand die voorbij loopt? Wat roept het op? Is het aangenaam of juist niet?

Of … een hele bekende en hele eenvoudige oefening in mindfulness: pak een rozijn en kijk eens van dichtbij naar de vorm, textuur, kleur, transparantie etc. Rol de rozijn maar eens heen en weer. Wat merk je, wat voel je? Stop de rozijn dan in je mond en let bewust op hoe dat voelt, de textuur, de smaak, wat het kauwen doet, etc.

Bronnen: